Duiken (niet alleen in het afspelen)

N          O         Z          W
1♠
Pas      2♣        Pas      3♥*
Pas      3Sa      Pas      Pas
Pas
3♥=Oost heeft 10+ aangegeven, dus west wil wel naar de manche. Daarom een forcing bod.

Met open kaarten is makkelijk te zien dat OW goed zijn voor 11 slagen in ♣. Maar om daar te komen zal lang niet meevallen. Veel logischer is om in 3Sa terecht te komen.

Alle kleuren, behalve ♦ zijn geboden, dus zuid zal wel met ♦ uitkomen.

Kleine ♦ voor de aas van partner. Deze speelt, zoals het een goede partner betaamt direct ♦ terug voor de vrouw of heer van oost. Deze speelt ♣K.

Wat nu?

Eventjes de bieding recapituleren. Oost heeft 2♣ geboden (10+) en al 5 van die punten zijn bekend: als oost de vrouw speelt heeft deze ook ♦K want anders had partner deze wel gespeeld en als oost de heer speelt, heeft die óók de vrouw omdat een keertje ophouden veel beter is met alleen nog maar ♦Kx in de hand. Oost valt niet de hoge kleuren van de tafel aan, maar juist de korte kleur ♣. Oost heeft ♣ geboden, dus er is een goede kans dat oost een 5‑, of zelfs een 6‑kaart ♣ heeft met KQJ aan top. Neem je nu gedachteloos de aas om weer ♦ te spelen, dan kan het maar zo zijn  dat oost 4 of 5 ♣-slagen gaat maken. Samen met de  2♦, 2♥ en 2♠ slagen zijn dat er dan 10 of 11.

Maar wacht eens eventjes. Op tafel zijn de ♦ al verdwenen, en als oost aan punten inderdaad ♦KQ en ♣KQJxx(x) heeft, kan hij of zij misschien niet meer makkelijk in de hand komen. Met nog een vrouw in de hoge kleuren valt er weinig te verdienen voor NZ, of je nu de aas neemt of niet. 11 slagen zijn dan altijd gemaakt. We hopen dus dat dat niet zo is en duiken de eerste ♣. Oost speelt een tweede ♣ en nu neem je wel. Nu eventjes niet gedachteloos ♦ terug spelen, maar een ♥ of ♠.

Oost zit nu aan tafel geplakt en kan niet meer in de hand komen. Er zit voor oost niks ander op dan de ♠ te ontwikkelen, waardoor partner zowel de vrouw als de boer in die kleur maakt en OW eindigen met 9 slagen.

Met de Butler‑telling blijkt dit resultaat 2 impen op te leveren voor Z, omdat OW aan de andere tafels vaak 10 of 11 slagen mogen maken. Met een parentelling is het zelfs een (gedeelde) top!

Ik vind dat vreemd. In het afspelen weten de meeste leiders wel dat duiken van een kleur wordt gebruikt om de communicatie tussen beide tegenstanders te verbreken. En dat wordt dan ook zeer regelmatig, met succes, toegepast. Maar deze speelwijze geldt natuurlijk ook in het tegenspelen. En zuid kan hier maar al te duidelijk zien dat een keertje duiken de communicatie tussen de oost‑ en west‑hand danig zal kunnen verstoren. Dus waarom is dat duiken van ♣A dan maar zo weinig toegepast op dit spel? Het is mij een raadsel.

Conclusie:
Duiken om de communicatie tussen de tegenspelers te verbreken is bij vrijwel iedereen bekend. Maar ook in het tegenspelen zal het regelmatig een beter resultaat geven. Maak er gebruik van!